Dag 5 - donderdag 19 mei 2022 - Dal van de Dronne


Rondrit van 95 km.  De Ribéracois, het laatste stukje Occitaans grondgebied voor de 'langes d'oil' van Angoulême en Charente, verschilt van de rest van de Périgord door het weidse, golvende, lichtgekleurde heuvellandschap met de omgeploegde akkers. Behalve van de bijzondere natuur kan men hier genieten van landelijke dorpen en van opvallend veel romaanse koepelkerken. 



Wij zijn zeker al een beetje geïnspireerd door de Engelse eigenaars. We vertrekken na een stevig ontbijtje met Frans spek en Franse spiegeleieren en Frans brood.

We rijden aan een gezapig gangetje. Het landschap van omgeploegde velden en weiden met rosse koeien glijdt voorbij. Er zijn ook steeds meer klaprozen te zien, prachtige ruikers. En waarlijk, vandaag stoppen we ook aan een weide met twee prachtige stieren, ook van het rosse ras. Ze bekijken ons een beetje achterdochtig, maar blijven toch poseren voor een paar mooie foto’s.

Maar kerkjes en kastelen in prachtige dorpen wachten op ons …

Helaas is het eerstvolgende gesloten en het tweede gesloten wegens restauratie. Bij onze volgende stop – het derde geplande kerkje dus – krijgen we een echte plensbui net toen we op de parking stonden. Hoera voor het hemelwater maar uittappen, nee, dan maar liever de plannen wijzigen en doorrijden naar Aubeterre-sur-Dronne, één van de mooiste dorpen van Frankrijk, waar bovendien een onderaardse kerk te zien is en waar veel restaurantjes een aantrekkelijke lunch aanbieden.

We zochten een tafeltje in de voortuin van ‘Le Cochon Prieur’. We kregen er de grootste, meest malse en smakelijkste cotelet ooit voorgschoteld, eenvoudig opgediend met gebakken aardappeltjes en tomaat gegrild met fijne kruiden. Een paradijselijk middagmaal dat René nog besloot met een ‘Confiture du vieil garçon’, gemarineerde gedroogde vruchten met een bolletje mokka-ijs, omgeven door drie respectabel “toefjes” slagroom. Het is niet elke dag feest!

Vanaf de ‘Cochon Prieur’ wandelen we langs de steile straatjes, een waar doolhof met prachtige gerestaureerde huizen. Zo kom je aan de wonderlijke monolithische kerk Saint-Jean. Deze werd in de 12de eeuw uit kalksteen gehouwen. Vandaar de naam van het stadje ‘Alba Terra’ wat betekent ‘witte grond of steen’. De kerk werd vermoedelijk ingericht om de relieken van het H. Graf van Jeruzalem in onder te brengen. Pierre II de Castillon, toenmalig kasteelheer had ze van de 1ste Kruistocht (1096-99) meegebracht.

‘Voor wie geen last heeft van hoogtevrees leidt een in de rots uitgehouwen trapje naar een hangende galerij op 15 m hoogte met een prachtig zicht op het geheel van deze met spiritualiteit vervulde plek’. Zo verhaalt de gids toch. Niets voor ons dus. Het trapje zijn we niet opgegaan.

We zetten onze wandeling verder en boven in het dorp kregen we de elegante Eglise St. Jacques te zien, uit dezelfde tijd als de monolithische kerk van St. Jean. Romaanse elementen zijn goed zichtbaar in de gevel, 2 lagen met grote en kleine boogreeksen en links van het hoofdportaal een fries met voorstellingen van de werkzaamheden in de verschillende maanden van het jaar.

Een doolhof van straatjes leidt ons bergaf terug naar de parking van de Cochon Prieur, waar de eigenares ons vriendelijk had laten parkeren. We besloten in het terugkeren dezelfde weg naar Brantôme te nemen maar ‘Micheline – De GPS’ besliste daar anders over, zodat we het met een omweg van ongeveer 37 km moesten doen. De Périgord Vert is nu echt wel een mooie streek, de extra kilometers vielen dus eigenlijk wel mee.

Moe maar tevreden … je kent het wel, hé.


Grand-Bassac


Le Cochon-Prieur


Aubeterre-sur-Dronne - L'Église St. Jean


Aubeterre-sur-Dronne - L'Église St. Jacques


Reactie plaatsen

Reacties

Helena
3 jaar geleden

Heerlijk, zo te mogen mee genieten!

Myriam
3 jaar geleden

Nu ben ik wel benieuwd naar de foto's van 'Aubeterre-sur-Dronne, één van de mooiste dorpen van Frankrijk' :-)

Rene Jungbluth
3 jaar geleden

Voila Myriam, op je wenken bediend.